7. FAQ

De functie Active Sensing is een MIDI-event die sommige MIDI-apparaten met regelmatige tussenpozen verzenden om de actieve verbinding met andere MIDI-apparaten te controleren.

Regelt het geluidsgedrag nadat noten zijn aangeslagen, bijvoorbeeld om een vibrato voor blaasinstrumenten te regelen. Toetsenborden met aftertouch bieden deze functie door de ingedrukte toets harder in te drukken nadat hij is aangeslagen.

MIDI-besturingscommando om te schakelen tussen verschillende geluidsbanken van een geluidsbron.

Het verzenden of opslaan van alle geluidsparameters van een MIDI-apparaat. Via een bulk dump worden alle geluidsparameters verzonden via de MIDI Out poort van de synthesizer en kunnen ze bijvoorbeeld worden opgenomen via een sequencer of editor programma. Op deze manier gaan de gegevens niet verloren als het apparaat defect is of als de batterij leeg is. Bovendien kun je deze methode gebruiken om verschillende geluidsbanken uit te wisselen met andere muzikanten.

Als je meerdere units van hetzelfde type hebt, kun je verschillende apparaat-ID's toewijzen aan de individuele units, bijvoorbeeld om de geluiden voor beide units onafhankelijk te beheren en te wijzigen via een sequencer of editorprogramma.

Een MIDI-event, zoals het aanslaan of loslaten van een noot, het indrukken van het sustainpedaal of het wijzigen van het volume. MIDI-events bestaan meestal uit 2-3 bytes en worden gespecificeerd in de MIDI-standaard. Apparaat-specifieke MIDI-events worden meestal verzonden via zogenaamde SysEx-events (System Exclusive) en worden alleen begrepen door het betreffende apparaat.

Een geluidsmodule biedt meestal dezelfde variëteit aan geluiden als een synthesizer of drumcomputer, maar wordt geleverd zonder toetsenbord als tafelmodel of rack-unit en wordt aangestuurd via een extern toetsenbord of een computer. In plaats van een synthesizer kopen veel klanten een masterkeyboard met een goed toetsenbord (eventueel met hamermechaniek en 88 toetsen) en een geluidsmodule. Het voordeel is dat je het keyboard kunt houden, zelfs als je van geluidsbron verandert, en er niet aan hoeft te wennen.

Een standaard die de toewijzing van geluiden en MIDI-controllers regelt. De General MIDI Standard specificeert de 128 meest gebruikte klanken en controllers voor effecten en bankwisselingen. Dit betekent dat MIDI-bestanden in GM-formaat kunnen worden afgespeeld op elke toongenerator die GM ondersteunt, terwijl op apparaten die geen GM ondersteunen de vervelende taak van het toewijzen van geluiden eerst handmatig moet worden gedaan.

Uitbreiding van de General MIDI Standaard, ontwikkeld door de firma Roland. De GS-standaard bevat voornamelijk geluids- en controllerinformatie die door alle GS-compatibele apparaten wordt begrepen.

In de Local Off-modus worden geluiden die op een keyboard of synthesizer worden gespeeld niet afgespeeld, maar alleen verzonden via de MIDI Out-interface. Gegevens die binnenkomen op de MIDI ingang worden echter wel afgespeeld. De toepassing van deze modus is vooral belangrijk in combinatie met een sequencer en verschillende geluidsmodules in een MIDI-keten. Als je bijvoorbeeld een keyboard op een geluidsmodule aansluit en alleen de geluiden van de module wilt afspelen, moet je het volume van de synthesizer zachter zetten of overschakelen naar de modus Local Off.

Het voordeel van Local Off is dat je een verbinding kunt maken via MIDI Thru op de geluidsmodule of via een Thru-functie op de sequencer terug naar MIDI In op het keyboard en dat je dan, door eenvoudigweg het MIDI-transmissiekanaal op de synthesizer/sequencer om te schakelen, kunt instellen vanaf welk apparaat je de klanken wilt afspelen. De noten die je dan indrukt worden via MIDI verzonden, gaan door de geluidsmodule en, indien van toepassing, door de sequencer, en keren terug naar het keyboard om afgespeeld te worden. Je kunt hier ook de functies transponeren en snelheidscurve op de sequencer gebruiken om de gespeelde noten getransponeerd of met een andere dynamiek af te spelen.

Normaal staat een toetsenbord in Local On-modus, d.w.z. dat elke gespeelde noot tegelijkertijd ook hoorbaar is.

Een apparaat dat meerdere MIDI In poorten heeft en de signalen van deze ingangen mengt en doorstuurt naar één of meerdere MIDI Out poorten (bijvoorbeeld om een geluidsgenerator met meerdere keyboards te kunnen besturen). Aangezien MIDI-gebeurtenissen in realtime worden verzonden en uit verschillende pakketten bestaan, is het niet mogelijk om een eenvoudige Y-kabel te gebruiken om de signalen te combineren zoals bij andere standaarden.

Afkorting voor Musical Instruments Digital Interface. De MIDI-standaard omvat het communicatieprotocol en de verbindingen voor het verzenden van noot- en geluidsinformatie in realtime. Er worden geen audiogegevens (zoals zang) verzonden via de MIDI-interface. De MIDI-standaard is al ongeveer 20 jaar oud en kan daarom niet concurreren met moderne transmissiestandaarden zoals Ethernet of Firewire. De transmissie is serieel met 31.250 baud, d.w.z. er kunnen ongeveer 600 noten per seconde worden verzonden via een MIDI-kabel.

De aansluiting voor inkomende MIDI-signalen. Hier worden de MIDI-gegevens ontvangen en verwerkt in het apparaat.

De aansluiting voor uitgaande MIDI-signalen. Een masterkeyboard of een keyboard/synthesizer stuurt MIDI-signalen via deze uitgang naar een geluidsbron of sequencer. Hiervoor moet de MIDI Out aansluiting via een MIDI kabel verbonden zijn met de MIDI In aansluiting van de geluidsbron of sequencer.

Via de MIDI Thru poort wordt de data die binnenkomt op de MIDI In aansluiting ongewijzigd uitgevoerd. Dit maakt het mogelijk om meerdere geluidsgeneratoren in een serie aan te sluiten. Er kunnen echter timingproblemen optreden met meer dan vier apparaten of als de kabels te lang zijn. Er moet wel worden opgemerkt dat de MIDI-apparaten in een keten moeten reageren op MIDI-kanalen, zodat ze niet tegelijkertijd klinken. Bij moderne synthesizers en toongeneratoren zijn alle 16 beschikbare kanalen al bezet door één apparaat en kan het zijn dat kanalen moeten worden gedeactiveerd of gedempt om een ander apparaat in dezelfde reeks onafhankelijk aan te sturen.

Sequencerprogramma's bieden meestal ook een MIDI Thru-functie, maar die werkt een beetje anders. Via MIDI Thru in een sequencerprogramma worden alle gegevens die aanwezig zijn op de MIDI In-poort samengevoegd met de gegevens van het sequencerprogramma en uitgevoerd via de MIDI Out-poort(en) op de MIDI-interface, d.w.z. de MIDI Thru-functie in de sequencer is tegelijkertijd een samenvoeging voor binnenkomende signalen en de informatie in de song die op dat moment wordt afgespeeld.

Tijd- en tempospecifieke MIDI-events die worden gebruikt om sequencers te synchroniseren en die parallel aan de normale MIDI-stream worden verzonden. Als je twee sequencers of recorders tegelijk gebruikt, regelt de MIDI-klok dat ze allebei op dezelfde snelheid draaien. Aangezien de MIDI-klok een relatief grote hoeveelheid MIDI-bandbreedte verbruikt, moet je de klok in je sequencer uitschakelen als die niet nodig is.

Een MIDI-filter is een apparaat of software om ongewenste MIDI-events uit te filteren. Aangezien de MIDI-bandbreedte erg beperkt is, is het vaak zinvol om onnodige events uit de lijn te filteren, bijvoorbeeld MIDI-klok- of synchronisatie-events. Moderne sequencerprogramma's bieden ook allemaal ingebouwde MIDI-filters die kunnen worden gebruikt om te bepalen welke soorten MIDI-gegevens moeten worden opgenomen.

Standaardkabel voor het aansluiten van MIDI-apparatuur. Een MIDI kabel kan tot 25 meter lang zijn en verbindt de MIDI Out poort van een databron met de MIDI In poort van een toongenerator/computer of, in het geval van gekoppelde MIDI apparatuur, de MIDI Thru poort van de ene toongenerator met de MIDI In poort van een andere.

De MIDI-standaard voorziet in 16 verschillende kanalen waarmee verschillende geluiden of MIDI-apparaten onafhankelijk kunnen worden bestuurd. Elk MIDI-apparaat reageert op minstens één MIDI-kanaal, moderne geluidsgeneratoren met multimode bieden tot 16 kanalen tegelijk (16-voudige multimode). Om een bepaald kanaal te kunnen gebruiken, moet het betreffende MIDI-besturingsapparaat (bijvoorbeeld een keyboard of sequencerprogramma) hetzelfde kanaal gebruiken als de corresponderende toongenerator. Als een keyboard bijvoorbeeld een geluidsmodule moet aansturen, dan moet het MIDI-kanaal van het keyboard overeenkomen met dat van de geluidsmodule. Als meerdere toongeneratoren in een keten hetzelfde MIDI-kanaal gebruiken, dan zal het geluid ook op alle apparaten klinken.

Toen de MIDI-standaard ongeveer 20 jaar geleden werd aangenomen, dacht men dat 16 MIDI-kanalen voldoende waren. Ondertussen gebruiken individuele apparaten al alle kanalen en kun je jezelf alleen helpen door een MIDI-interface met meerdere aparte uitgangen te gebruiken (4 uitgangen op een MIDI-interface betekent bijvoorbeeld 4 x 16 kanalen) of door individuele kanalen te dempen.

Nieuwe transmissiestandaard en communicatieprotocol voor noot-, geluids- en audio-informatie, gelanceerd in 2000 door het bedrijf Yamaha. MLAN is gebaseerd op de Firewire-standaard (IEEE1394) en is theoretisch duizend keer sneller dan MIDI.

Hoewel de MIDI-standaard de overdracht van audio-informatie niet toestaat, kan MLAN ook worden gebruikt om verschillende sporen met zang, gitaar, enz. in realtime te verzenden.

Afkorting voor MIDI Time Code. De MIDI-tijdcode wordt samen met de MIDI-datastroom verzonden en wordt bijvoorbeeld gebruikt om extra tapemachines of digitale encoders te synchroniseren. Aangezien de MTC nogal wat MIDI-bandbreedte in beslag neemt, moet deze in de sequencer worden gedeactiveerd als synchronisatie niet nodig is.

Functie in veel sequencerprogramma's en synthesizers om noten op alle kanalen te dempen. Aangezien MIDI-apparaten afzonderlijke events verzenden voor het aanslaan en loslaten van een toets, kan het bijvoorbeeld gebeuren dat het loslaten van een toets niet is opgenomen in de sequencer of dat er een fout is opgetreden tijdens het verzenden. De noot zou nu eindeloos spelen tot de geluidsgenerator wordt uitgeschakeld.

Standaard MIDI commando om geluiden te wisselen. Per MIDI-kanaal kan slechts één van de maximaal 128 klanken worden geselecteerd. Voor eenheden met meer dan 128 klanken kan Bank Select worden gebruikt om tussen verschillende klankbanken te schakelen.

Apparaat of software voor het opnemen en afspelen van MIDI-informatie, zoals noot- en geluidsgegevens. Hardwaresequencers zijn onafhankelijke apparaten die worden gekenmerkt door hun draagbaarheid, maar die aanzienlijk minder functies bieden dan softwaresequencers. Sommige keyboards of synthesizer workstations bevatten ook ingebouwde hardware sequencers. Software sequencers draaien op PC- of Macintosh-computers en worden vooral gekenmerkt door hun handige functies voor knippen, mixen en nabewerking. Moderne softwaresequencers ondersteunen naast MIDI-informatie ook audiogegevens, zoals zang. Bovendien bieden goede sequencerprogramma's comfortabele bewerkingsfuncties voor MIDI-gegevens (bijvoorbeeld met nootweergave) en audio-informatie (bijvoorbeeld met golfvormbewerking, surround enz.).

Afkorting voor System Exclusive. MIDI berichten voor het aansturen van speciale geluidsparameters op een MIDI apparaat. SysEx berichten bevatten bijvoorbeeld geluidsinformatie die speciaal is voorbereid voor een bepaald apparaat en alleen door dit apparaat kan worden verwerkt. Een bulk dump, waarbij alle geluidsparameters naar een sequencer of een bewerkingsprogramma worden gestuurd, wordt ook uitgevoerd via SysEx berichten.